Rotterdam Woont

Systematische
documentatie van
150 jaar Rotterdamse woningbouwprojecten

Belangrijk

Cookies

Deze website maakt gebruik van cookies om de bezoeker een optimale gebruikerservaring te kunnen bieden. Lees er meer over in onze Privacyverklaring.

Hoe het werkt

Welkom

Hier is ruimte voor een welkomstbericht voor de (terugkerende) bezoeker van Rotterdam Woont en een korte introductie tot zowel het onderzoek, als de resultaten op deze website. Alsmede kort aandacht voor hoe de website ongeveer werkt.

  • A

    Atlas

    Hier vind je alle objecten uit de woontlas terug.
  • B

    Bibliotheek

    Op zoek naar essays en verhalen over onderwerpen uit de architectuur?
  • G

    Gids

    Thematische verzamelingen van objecten uit de atlas en essays uit de bibliotheek.
  • S

    Stichting

    Informatie over ons onderzoek en de doelstelling van de stichting.
Nieuwe Westen

Wijkhistorie

Nieuwe Westen

Middelland en het Nieuwe Westen, gebouwd in de eerste decennia van de twintigste eeuw, zijn gemêleerde multiculturele wijken waar statige lanen, drukke winkelstraten, straten met volkswoningbouw en drukke verkeerswegen elkaar afwisselen. Bekende gebouwen in de wijk zijn de HH. Laurentius & Elisabeth Kathedraal, het Gemeentearchief en het 65 meter hoge GEB-gebouw uit 1931, dat lange tijd het hoogste kantoorgebouw van Nederland was. In de wijk woonden veel notabelen, industriëlen, schrijvers en kunstenaars, zoals burgemeester Droogleever Fortuyn, Staluse Pera, Willem van Ravesteyn, Anna Blaman, Hans Sleutelaar, Rien Vroegindeweij en Pim Fortuyn. In de Opzoomerstraat is het fenomeen opzomeren begonnen.

Het gebied wordt aan de noordzijde begrensd door het emplacement van de spoorwegen. De oostkant langs het Oude Westen wordt gevormd door de Henegouwerlaan en de ’s Gravendijkwal. De zuid- en de westgrens is water, respectievelijk de Coolhaven en de Delfshavense Schie. In het midden loopt noord-zuid de Heemraadssingel, de grens tussen beide wijken. Van oorsprong liepen van oost naar west twee oude polderwegen: in het noorden de Beukelsdijk met erlangs boerderijen; in het zuiden de Nieuwe Binnenweg die Rotterdam verbond met het oude Delfshaven. Daartussenin werden twee oost-weststraten toegevoegd: de Middellandstraat met de Vierambachtsstraat in het verlengde van de Kruiskade en de Mathenesserlaan. De Beukelsdijk splitst zich in het Nieuwe Westen in de Beukelsweg en de Van Cittersstraat; deze laatste straat komt samen met de Mathenesserlaan en de Vierambachtsstraat uit op het Mathenesserplein, het enige als architectonische eenheid ontworpen plein in Rotterdam (zie 2.018).

Middelland en het Nieuwe Westen zijn ontworpen door G.J. de Jongh in 1887, na eerdere studies van zijn voorganger Rose. Het noordelijk deel is begin twintigste eeuw afgemaakt door zijn opvolger Burgdorffer. Middelland moest aantrekkelijker worden dan het aangrenzende Oude Westen. In navolging van de singelplannen van Rose werd de Heemraadssingel ontworpen, voor de afwatering én om een aantrekkelijk woonmilieu te maken voor de meer gegoede burger (zie o.a. 2.033). Haaks daarop kwam de Mathenesserlaan, voor dezelfde doelgroep.

Het zuiden van Middelland en het grootste deel van het Nieuwe Westen hebben zich ontwikkeld tot arbeiderswijken. Interessant aan het ontwerp is de relatie tussen straatbreedte en inkomensklasse die nog steeds goed waarneembaar is. De ‘eerste klas’-straten zijn de Henegouwerlaan, de ’s Gravendijkwal, de Heemraadssingel en de Mathenesserlaan; daarop volgen ‘tweede klas’-straten als de Claes de Vrieselaan, de Burgemeester Meineszlaan en de Graaf Florisstraat. Dan volgt een reeks straten die breed genoeg zijn voor één rij bomen, en tenslotte de straten zonder bomen, deze laatste vooral in het Nieuwe Westen. Dat een grote straatbreedte ook nadelig kan zijn is gebleken bij de Henegouwerlaan en de ’s Gravendijkwal die geschikt bleken te zijn voor de aanleg van de tunneltraverse wat nogal nadelig was voor het woonmilieu. Oorspronkelijk was hier overigens zelfs een spoorlijn gedacht.

Het stedenbouwkundig plan is vooral een stratenplan, waarlangs beleggers kavels konden kopen met voorwaardes omtrent de gevelbreedtes. Dat had tot gevolg dat de invulling ervan tientallen jaren heeft geduurd. Een voorbeeld: in 2009 vierde de Burgemeester Meineszlaan het 100-jarig bestaan, terwijl het in de Graaf Florisstraat, hoewel veel dichter bij het centrum, nog tot 1927 duurde voordat de straat was afgebouwd. De overheid had daar geen invloed meer op. Toen de gemeente na de Eerste Wereldoorlog besloot zich in te zetten voor de volkswoningbouw moest men daarom uitwijken naar de nog verder van het centrum gelegen Spangense Polder. De eerste woningbouw in het Nieuwe Westen is nabij de Lage Erfbrug tussen de Nieuwe Binnenweg en de Hooidrift gerealiseerd.

De Middellandstraat en de Nieuwe Binnenweg hebben zich ontwikkeld tot drukke winkelstraten met tramlijnen. Veel scholen werden, zoals destijds te doen gebruikelijk, vooral op binnenterreinen gebouwd. Wat meer bijzondere scholen, zoals het grote schoolgebouw met sportterrein op het Henegouwerplein en het fraaie Citycollege aan de Beukelsdijk verrijken wel het straatbeeld. Daarnaast zijn er natuurlijk ook kerken gebouwd, zoals de kathedraal aan de Mathenesserlaan, de katholieke kerk aan de Beukelsdijk en de hervormde kerk op de hoek van de Van Cittersstraat en de Allard Piersonstraat. Na de Tweede Wereldoorlog is er weinig nieuwbouw. Interessant is het eerste woongebouw voor alleenstaande, werkende vrouwen aan de Heemraadssingel (zie 3.011).

De minder gegoede delen van beide wijken gingen in de jaren zestig en zeventig sterk achteruit. Wie het zich kon veroorloven trok naar nieuwbouw in de zuidelijke tuinsteden of de Alexanderpolder. Zij werden vervangen door nieuwkomers uit Turkije, Marokko en Suriname, studenten en jongeren. Door achterstallig onderhoud zette de verpaupering in. De gemeente kocht veel bezit op van huisjesmelkers, waarna corporaties de woningen opknapten en weer verhuurden. Daarnaast zijn er in het kader van de stadsvernieuwing ook panden gesloopt en vervangen door aantrekkelijke nieuwbouw (zie 4.019).

De komst van veel buitenlanders heeft geleid tot de veelkleurigheid van de wijken in de vorm van winkels en restaurants en ook de nieuw gebouwde Mevlana Moskee. In de eenentwintigste eeuw is duidelijk een proces van verbetering op gang gekomen. Dat wordt vooral gestuurd door de verkoop van huurwoningen en door de aantrekkelijkheid van de vaak grote panden in de nabijheid van het centrum (zie 5.070). Via klushuizen worden nieuwe bewoners getrokken. Het Mathenesserplein werd deels gerestaureerd en deels gereconstrueerd. De Kop van de Nieuwe Binnenweg kreeg nieuwbouw naar een oorspronkelijk idee van Piet Blom.

Een andere ontwikkeling is het hergebruik van gebouwen. Zo is de school aan het eind van de Beukelsweg nu een bejaardenhuis voor Surinaamse ouderen, en de vroegere huishoudschool aan de Graaf Florisstraat wordt nu bewoond door Chinese ouderen (zie 5.067). De kerk aan de Allard Piersonstraat werd een moskee en de voormalige GEB-toren een studentenhuis. FH

01 / 05