Bouwgeschiedenis: Dit is een voorbeeld van een zogenaamde alkoofwoning zoals die er in de tweede helft van de negentiende eeuw op grote schaal in Rotterdam werden gebouwd om de bevolkingsgroei op te vangen. Dit woningtype, vaak ook in meer lagen gebouwd, was populair bij zelfbouwers en beleggers die de woningen verhuurden. Hier betreft het een blokje van negen woningen, winkelhuis en pakhuis, dat in één bouwaanvraag werd gerealiseerd door dezelfde persoon. Alkoofwoningen hebben een inpandige slaapruimte met bedsteden. Volgens de woningwet van 1901 werden die om gezondheidsreden niet meer toegestaan: alle ruimten in een woning moesten aan de buitenlucht grenzen. In Rotterdam werd dit soort woningen echter nog tot 1937 gebouwd. Heden ten dage zijn er weinig meer van te vinden, door verbouw en sloop.
Stedenbouwkundige context: De Jacob Catsstraat was één van de eerste straten die in het Oude Noorden werden aangelegd, in meestal gesloten bouwblokken. Dit blokje vormt de hoekoplossing met de Wiekstraat. De algemene opzet, straatbreedte, bouwhoogte, architectuur en gevelornamenten was duidelijk bedoeld voor de middenstand.
Ontsluiting: In de bouwaanvraag wordt gesproken van ”vrije bovenwoningen”. Alle woningen hebben dus de eigen voordeur aan de straat.
Voorzieningen: De hoek is opgezet als winkelwoning en daarnaast een pakhuis.
Aantal kamers /indeling: De woningen op nr. 23 hebben beide een voorkamer, meestal de ‘mooie kamer’ en een achterkamer tevens woonkeuken met aanrecht. In het midden is de alkoof met twee dubbele bedsteden. Voor enige ventilatie is er een luikje naar de gang Er is geen sanitair. Er werd gebruik gemaakt van heet water van de waterstoker en van het badhuis in de buurt. Op de gang is het toilet, de zogenaamde plee. En er is een aantal bergkasten en een kolenhok. In elke kamer is een stookplaats. De zolder werd voor en achter door twee families gebruikt, als slaapplaats voor kinderen en als bergruimte Er is ook een gemeenschappelijke bergkelder.
Constructie: Traditionele baksteenbouw met houten vloeren en balklagen. Oud Hollandse dakpannen met aan de straatzijde een zogenaamd wolfseinde en aan de achterkant een gemetselde topgevel. Er is een houten paalfundering.
Renovatie: De woning nr. 23 is gerenoveerd en ingericht in de oorspronkelijke situatie en als museumwoning te bezichtigen. AvW
___
referenties:
Thuis in Rotterdam, 2001