Bouwgeschiedenis: Het stratenpatroon van het Noordereiland kenmerkt zich door gesloten bouwblokken in een orthogonaal grid. In de Tweede Wereldoorlag is de oorspronkelijke bebouwing op de locatie Antwerpse Hoofd verloren gegaan, waarna het jarenlang een braakliggend terrein was. In 1980 werd er in opdracht van Maatschappij voor Volkswoningen en bewonersorganisatie Feijenoord-Noordereiland door Kokon Architecten een plan gemaakt met 218 woningwetwoningen. In de verticale opbouw is uitgegaan van afwisselend telkens drie lagen portiekwoningen en drie lagen galerijwoningen. Op deze manier worden alle woningen ontsloten door slechts drie liften en elf trappenhuizen. Vanwege de grote diversiteit aan woningtypes is gekozen voor de ontwerpbeginselen van de Stichting Architecten Research (scheiding van ‘drager’ en inbouw) om een gedifferentieerde bewoning te krijgen en daarmee sociale problemen te voorkomen.
Stedenbouwkundige context: De bebouwing op het Antwerpse Hoofd volgt de rooilijnen van het oorspronkelijk stratenplan. Uitgangspunt was een bouwhoogte van acht lagen met als uitzondering op de kop een accent in tien lagen en langs de zuidzijde zes lagen om licht op het binnenhof (Koopvaardijhof) te garanderen. Alle woningen hebben vrij uitzicht over de Nieuwe Maas en/of de Koningshaven.
Aantal kamers en oppervlakte: Het complex bevat woningtypes variërend van twee- tot zevenkamerwoningen van resp. 42 tot 105 m2. Dit om gedifferentiëerde bewoning te krijgen en daarmee sociale problemen te voorkomen.
Constructie: Vanwege de grote diversiteit aan woningtypes is gekozen voor de ontwerpbeginselen van de SAR met een gietbouwsysteem met twee wisselende beukmaten. De witte gevelbekleding van eternit en kalkzandsteen volgt de traditie van witte gebouwen langs de Nieuwe Maas.
Renovatie: In 2006 is het complex voorzien van drie nieuwe entrees met liften en zijn elf portieken gerenoveerd door A3 architecten. Oorspronkelijk gebouwd als sociale huurwoningen worden de woningen nu te koop aangeboden. MV
___
referenties:
NIVAG Review 1983-4 (kopie)