Bouwgeschiedenis: Na de Tweede Wereldoorlog hebben gemeenten en aannemers vooral in Rotterdam alle zeilen bijgezet om grote aantallen woningen te produceren. De Rotterdamse aannemer Dura heeft in de jaren vijftig vanuit Frankrijk het bouwsysteem Coignet in Nederland geïntroduceerd. Door eigen aanpassingen voldeed het aan de Nederlandse bouwregelgeving. Samen met architect Groosman heeft Dura in de regio Rotterdam op verschillende locaties deze woningen gerealiseerd, waaronder Zuidwijk, Spijkenisse en Vlaardingen. Hoewel de portiekwoningen indertijd een luxe waren, is het merendeel van de woningen wegens gebrek aan kwaliteit in de jaren negentig gesloopt. In Lombardijen zijn de meeste bouwblokken in het Dura-Coignet cluster gemoderniseerd en aan de buitenkant geïsoleerd.
Stedenbouwkundige context: De flats hebben balkons aan voor- en achtergevel. De woonkamers liggen aan het binnenterrein zodat ouders toezicht hebben op de spelende kinderen.
Ontsluiting: Portiekflats zonder lift, drie of vier lagen op onderbouw (bergingen).
Voorzieningen: Bergingen voor alle woningen en garages op de begane grond.
Aantal kamers: Standaard driekamerwoningen met vierkamerwoningen op de koppen.
Woonoppervlakte: Driekamerwoningen zijn circa 75 m2 groot, de vierkamerwoningen circa 85 m2.
Constructie: Prefab betonnen wanden en vloeren met houten kozijnen en stalen balkonhekken. Volgens het Franse Coignet-systeem waren de gevels vloerdragend, maar dat was niet toegestaan volgens de Nederlandse regelgeving. Daarom zijn de woningscheidende wanden dragend gemaakt. LvZ
___
Referenties:
Documentaire: ‘alle vogels hebben nesten’ van Louis van Gasteren