Bouwgeschiedenis: In de Tweede Wereldoorlog werd het gebied rond de kruising Gerdesiaweg/Willem Ruyslaan verwoest. Gedurende de wederopbouw in de jaren vijftig werden lange blokken langs hoofdverkeersassen en portiekflats werden rond binnenhoven gebouwd. Het gebied langs de Gerdesiaweg werd – als opvolger van de vooroorlogse Nieuwe Plantage – oorspronkelijk als groengebied gepland. Desondanks kreeg het gebied met de aanleg van de metrolijn in Rotterdam in de jaren zeventig de bestemming woningbouw. De weg werd verlegd en het gebied boven de metrolijn moest onbebouwd blijven. Het plan van Rijnboutt ontstond in samenwerking met de projectgroep Kralingen en bewoners en werd in het kader van de stadsvernieuwing gerealiseerd. Er kwamer zes bouwblokken in de voor die tijd typische, kleinschalige architectuur. Het opvallenste onderdeel van het project – het poortgebouw – is een latere toevoeging gedurende het ontwerpproces; door aanpassingen van het woningbouwprogramma moesten naast de 255 woningwetwoningen nog 50 HVAT-eenheden (Huisvesting Van Alleenstaanden en Tweepersoonshuishoudens) worden gerealiseerd. Rijnboutt voegde het extra programma boven de twee geplande L-vormige gebouwen toe, die tevens een hofje vormen.
Stedenbouwkundige context: Het ensemble bestaat uit het U-vormige poortgebouw en een recht blok langs de Gerdesiaweg en drie gebouwen die op het terrein van het oude wegtracé werden gerealiseerd. Deze laatste werden in het plan opgenomen om een betere structuur in de bestaande losse bebouwing te brengen.
Ontsluiting: Alle woningen hebben hun entreedeur in het portiek. De HVAT-eenheden worden via een trappenhuis (met lift) en een binnenliggende gang met vides, trappen en bruggen – met daarboven een lichtstraat – ontsloten.
Voorzieningen: Alle woningen hebben een centrale natte kern met badkamer, toilet en cv. Eromheen zijn de in elkaars verlengde gelegen open keuken en woonkamer en de twee slaapkamers gesitueerd. Afhankelijk van het type wordt de woning nog met een of twee slaapkamers gesitueerd. Afhankelijk van het type wordt de woning nog met een of twee slaapkamers (gelegen naast het centrale trappenhuis) uitgebreid. Alle woningen hebben een terras of balkon.
Aantal kamers: Het aantal kamers varieert: Er zijn een- en tweekamerappartementen (HVAT-eenheden), drie-, vier-, vijfkamerwoningen en zeskamer-maisonnettes.
Woonoppervlakte: De oppervlakte varieert van 24 m² voor de eenkamer appartementen tot 126 m² voor de maisonnettes.
Constructie: De gebouwen werden gebouwd van prefab betonnen wanden en vloeren, rode en gele bakstenen gevels, blauwe kozijnen en gele houten erkers met roze boogjes boven de ramen. Deze extra’s waren mogelijk door een ver uitgevoerde standaardisatie van zowel de woningtypologiën als het materiaalgebruik. In het poortgebouw werden zelfontworpen suskasten en isolatieglas toegepast welke de woningen tegen geluidsoverlast beschermden.
Renovatie: Een grote onderhoudsbeurt heeft plaatsgevonden. JG