Rotterdam Woont

Systematische
documentatie van
150 jaar Rotterdamse woningbouwprojecten

Belangrijk

Cookies

Deze website maakt gebruik van cookies om de bezoeker een optimale gebruikerservaring te kunnen bieden. Lees er meer over in onze Privacyverklaring.

Hoe het werkt

Welkom

Hier is ruimte voor een welkomstbericht voor de (terugkerende) bezoeker van Rotterdam Woont en een korte introductie tot zowel het onderzoek, als de resultaten op deze website. Alsmede kort aandacht voor hoe de website ongeveer werkt.

  • A

    Atlas

    Hier vind je alle objecten uit de woontlas terug.
  • B

    Bibliotheek

    Op zoek naar essays en verhalen over onderwerpen uit de architectuur?
  • G

    Gids

    Thematische verzamelingen van objecten uit de atlas en essays uit de bibliotheek.
  • S

    Stichting

    Informatie over ons onderzoek en de doelstelling van de stichting.
Westzeedijk

Westzeedijk

Bouwgeschiedenis: Het flatgebouw is ontworpen als serviceflat voor welgestelde Rotterdammers van, onder meer, de Parklaan. Dergelijke serviceflats waren in Den Haag ontwikkeld, met name voor mensen die in Nederlands Indië hadden gewoond en bediening gewend waren.

Stedebouwkundige context: Het gebouw dichtte de wand  langs de Westzeedijk naar de Muizenpolder. Alle appartementen keken aan de voorzijde uit over het Land van Hoboken en aan de achterzijde op de botanische tuin Schoonoord. Met bijzondere en modernistische vormgeving sluit het gebouw aan op de reeds bestaande buurpanden die een verschillende hoogte én een verschillende afstand tot de Westzeedijk hebben. Het gebouw is tegen de dijk gebouwd zodat het souterrain aan de achterzijde ter hoogte van de achtertuin ligt. 

Ontsluiting: Het gebouw bestaat uit 17 traveeën met drie hoofdingangen aan de Westzeedijk. Vanuit de achterliggende  portieken konden alle woningen worden bereikt. Het souterrain heeft over de volle breedte een corridor zodat het dienstpersoneel binnendoor het gehele gebouw kon bereiken.

Voorzieningen: Vanwege de geïntegreerde service in de flat had elke woning onder meer een eigen boodschappenliftje en een eigen boodschappenkast. Als men er ‘s avonds zijn schoenen in plaatste, waren deze ‘s morgens gepoetst. Het hele gebouw had stromend, warm water en centrale verwarming. De ramen werden door de Flatbouw Mij. schoongehouden en ook de tuin werd onderhouden. Alle woningen waren voorzien van telefoon, een ligbad en een keuken. Daarnaast konden bewoners maaltijden bestellen, die vanuit de centrale keuken, met een spijzenlift, in huis werden afgeleverd. De afwas vice versa. Naast een grote berging en fietsopslag waren er voor autobezitters vijf verwarmde parkeerboxen. In het complex waren vier logeerkamers voor gasten van bewoners. Dienstpersoneel had eigen douches in het souterrain.

Aantal kamers en woonoppervlakte: De kleinste appartementen met vier kamers waren 100m2 en de grootste met acht kamers 250m2.

Constructie: De dragende gevels zijn van schoon metselwerk, de vloeren van gewapend beton met een houten afwerking. De trappen zijn van marmer, net als enkele gevelbeeldjes die door beeldhouwer Jan Altorf zijn gemaakt. Lourijsen (1889-1934) heeft eerder in Den Haag met J. Wils gewerkt en gebouwd in dezelfde Haagse School-stijl. LvZ

___
referenties:
Het Bouwbedrijf 1928 p.175 
rijksmonument 513907
Rotterdamsch Nieuwsblad 26 juli 1929 

  • Type: Meergezins: portiekwoning
  • Jaar: 1928
  • Aantal: 25
  • Adres: Westzeedijk 126-130
  • Oppervlakte: 100m2 - 250m2
  • Architect: Lourijssen, F.
  • Cliënt: Flatbouw Maatschappij
  • Aannemer: NV Nederlandsche Aanneming Mij. v.h. firma I. Boersma
  • Wijk: Nieuwe Werk
  • Project ID: 2.1928.1
  • Periode: Periode 2
  • Nieuwe Werk

  • Periode 2

    Onder druk van de arbeidersbeweging en het opkomend socialisme wordt in 1901 de Woningwet aangenomen. Hierdoor worden een w.c., drinkwater, riolering, een rookkanaal voor de kachel en ventilatie verplicht. Het duurt nog jaren voor deze wet effect heeft; in Rotterdam worden tot ver in de jaren dertig nog woningen met alkoven (inpandige kamers) gedoogd. De overheid stelt niet alleen regels voor de woningbouw, maar neemt ook zelf initiatieven. In 1916 wordt de Gemeentelijke Woningdienst opgericht met o.a. J.J.P. Oud als architect. De architecten en stedenbouwkundigen van het Nieuwe Bouwen richten hun aandacht vooral op de functionele plattegronden en goedkope woningbouw. Ze experimenteren met moderne materialen als beton, staal en glas en nieuwe concepten als hoogbouw en strokenbouw. Verlichte ondernemers laten tuindorpen bouwen zoals Heijplaat en Vreewijk. Stadsbouwmeester Witteveen heeft een voorkeur voor monumentale stedenbouw met gesloten bouwblokken.
01 / 01
01 / 02