Rotterdam Woont

Systematische
documentatie van
150 jaar Rotterdamse woningbouwprojecten

Belangrijk

Cookies

Deze website maakt gebruik van cookies om de bezoeker een optimale gebruikerservaring te kunnen bieden. Lees er meer over in onze Privacyverklaring.

Hoe het werkt

Welkom

Hier is ruimte voor een welkomstbericht voor de (terugkerende) bezoeker van Rotterdam Woont en een korte introductie tot zowel het onderzoek, als de resultaten op deze website. Alsmede kort aandacht voor hoe de website ongeveer werkt.

  • A

    Atlas

    Hier vind je alle objecten uit de woontlas terug.
  • B

    Bibliotheek

    Op zoek naar essays en verhalen over onderwerpen uit de architectuur?
  • G

    Gids

    Thematische verzamelingen van objecten uit de atlas en essays uit de bibliotheek.
  • S

    Stichting

    Informatie over ons onderzoek en de doelstelling van de stichting.
Woontorens Boompjes

Woontorens Boompjes

Bouwgeschiedenis: Wonen in hoogbouw was in Nederland tot eind jaren tachtig niet populair. Het was vooral een oplossing voor de naoorlogse woningnood geweest, veelal in de vorm van galerijflats. De hernieuwde interesse voor hoogbouw kwam grotendeels door de behoefte aan kleinere woningen als gevolg van de gewijzigde gezinssamenstelling. Een- of tweepersoonshuishoudens, waarbij het gezinsverband juist ontbreekt, hebben eerder behoefte aan grootstedelijk wonen nabij het centrum. De kwaliteiten van hoog wonen, zoals uitzicht, comfort en rust werden begin jaren negentig (her)ontdekt. De oevers van de Nieuwe Maas vormden een uitstekende locatie voor hoogbouw. Aanvankelijk waren deze woningen bedoeld voor de premiekoopsector, maar tijdens de ontwikkeling is dit gewijzigd naar premiehuur. De woningen werden daarom kleiner.

Stedenbouwkundige context: Al in het basisplan van Van Traa in 1946 waren deze drie torens gepland, ondermeer om de openheid van de Coolsingel naar de Maas te garanderen. Tijdens het ontwerp werd als uitgangspunt genomen dat alle woningen uitzicht op de Maas moesten hebben, waardoor de woonlagen een verspringende vorm hebben gekregen en er voor balkonafscheidingen van glas is gekozen. De woningen aan de noordzijde hebben daarnaast uitzicht over het centrum. De bestaande twee lage kantoorgebouwtjes tussen de torens zijn uit financieel oogpunt gehandhaafd, waardoor de drie kantoorlagen op de begane grond niet geheel doorlopen. Deze uitgebouwde kantoorlagen zorgen tevens voor de geluidwering. Op de beganegrondlaag aan het Leuvehoofd zijn bergingen. De twee parkeergarages op de laag daaronder tellen 200 plaatsen.

Ontsluiting: De standaardverdieping verbreedt trapsgewijs naar het noorden toe, waardoor er tussen de twee appartementen aan de noordzijde ruimte is voor het stijgpunt.

Woonoppervlakte: Twee- en driekamerappartementen van 69 tot 89 m2.
Constructie:  Skelet van gietbouw (tunnelbekisting) waarbij één bouwlaag in vier dagen werd gemaakt. Prefab betonnen gevel met onderhoudsarme buitenlaag door toepassing van gemalen marmer. Kunstof kozijnen. LvZ.

___
referenties:
de Architect 1988-2; Bouw 1992-20

  • Type: Meergezins: torenwoning
  • Jaar: 1980
  • Aantal: 336
  • Adres: Boompjes 266-666
  • Oppervlakte: 69m2 - 89m2
  • Architect: Klunder Architecten
  • Cliënt: Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP)
  • Aannemer: Wilma Bouw
  • Wijk: Stadsdriehoek
  • Project ID: 4.1980.3
  • Periode: Periode 4
  • Stadsdriehoek

    Alle gebouwen in de driehoekige vorm van de stad uit de late middeleeuwen en het buitendijkse 'Waterstad' zijn met het bombardement van 1940 nagenoeg verwoest. Met de wederopbouw is de woonfunctie grotendeels uit de Stadsdriehoek verdreven. Na 1975 is weer op grote schaal woningbouw gepleegd.

    Lees meer over de wijk Stadsdriehoek

  • Periode 4

    Als reactie op de grootschaligheid en de ongezelligheid van de functionele stad propageert een nieuwe generatie architecten kleinschalige, gevarieerde architectuur. Bewoners protesteren tegen de aanleg van grote infrastructurele ingrepen en de sloop van oude wijken rond het centrum. Gesteund door het nieuwe college onder leiding van burgemeester Van der Louw en wethouder Van der Ploeg wordt vanaf 1974 de stadsvernieuwing krachtig ter hand genomen en gewerkt aan het weer gezellig maken van de binnenstad. Onder het motto "Bouwen voor de buurt" wordt met behoud van de bestaande verkaveling en een voorkeur voor renovatie sociale woningbouw met betaalbare huren gerealiseerd. Een nieuwe generatie architecten als Mecanoo en DKV geeft geïnspireerd op het Nieuwe Bouwen de stadsvernieuwingsarchitectuur nieuwe impulsen. Met de economische groei en een nieuw elan bij stadsbestuur en gemeentelijke diensten wordt het centrum in de jaren tachtig attractiever gemaakt.
01 / 02
01 / 03