Bouwgeschiedenis: De Panta Rhei is een vrachtschip van het type Motorspits, gebouwd in 1956. Dit type werd vanaf de jaren twintig van de vorige eeuw gebouwd voor de vrachtvaart op Frankrijk en België. Beide landen zijn rijk aan kanalen en sluizen omdat de regenrivieren slecht bevaarbaar zijn. De afmetingen van de Spits zijn afgestemd op de uniforme maten van de Franse sluizen. De lengte van deze Spits meet 38,5 m, de breedte 5,05 m. Het schip heeft relatief weinig breedte in verhouding tot de lengte. De eerste Spitsen waren van hout en hadden geen motor. Toen de dieselmotor in de jaren twintig betrouwbaarder werd deed de Motorspits zijn intrede. Tegenwoordig is de Spits het kleinste type beroepsmatig varend vrachtschip. 

Ontsluiting: De moderne Spitsen waren bijna allemaal uitgerust met een salonroef met daarvoor de stuurhut. Hieronder bevindt zich de machinekamer. De roef wordt ontsloten vanuit de stuurhut. De trap vanuit de stuurhut komt uit in de keuken. Achter de keuken ligt de woonkamer die afgescheiden wordt door een dubbele schuifdeur. Achter de woonkamer ligt aan weerszijden een slaapkamer. Aan de voorzijde van het schip bevindt zich de voorroef met bedstee, ontsloten via een dekluik.

Aantal kamers: De roef telt naast de keuken drie kamers: een woonkamer en twee slaapkamers. De voorroef die plek biedt voor het eventuele scheepsmaatje heeft één kamer en een bedstee.
Woonoppervlakte: De roef is 25 m2.
Voorzieningen: De Condor is een ´natte’ Spits; ongeladen en met een vol achterschip werd het ruim vol met water gezet omdat anders de schroef te diep in het water stak. De stuurhut kon worden neergeklapt om onder bruggen door te varen. Aan boord was een keuken en toilet. Er was geen warm water.
Constructie: De Spits is een lichtgebouwd stalen schip met een gemiddelde plaatdikte van 5 millimeter.  

VERBOUWING 2011

Bouwgeschiedenis: De Panta Rhei heette oorspronkelijk Condor en heeft drie eigenaars gehad. Tot 2007 heeft het schip dienst gedaan als binnenvaartschip. In 2011 is de Panta Rhei door DKV architecten omgebouwd tot varend woonschip.

Ontsluiting: Achterin het schip is de schipperswoning, de roef, en de stuurhut met daaronder de machinekamer. Het daarvoor gelegen ruim meet leeg 26 bij 5 meter, heeft een hoogte van 3 tot 3,5 meter onder de luikenkap en een laadvermogen van 360 ton. In de verbouwing tot woonschip is het ruim toegevoegd aan de bestaande woning. Er is een trap gemaakt tussen de roef en het ruim. Achterin het ruim zijn de sanitaire ruimtes, berging en installaties ondergebracht. Deze ruimtes kunnen zowel vanuit het ruim als vanuit de roef worden gebruikt. Om het vrachtruim zijn karakter te laten behouden is de ruimte vormgegeven als een loft met voorin een patio. De luikenkap is daarbij ruim voorzien van daklichten.

Aantal kamers: Het ruim van het schip is als loft uitgevoerd.
Woonoppervlakte: Het ruim is 100 m2, de roef 25 m2.
Voorzieningen: Op een walstroomaansluiting na is het woonschip geheel zelfvoorzienend. Het watergebruik is teruggebracht tot een bijna gesloten kringloop. Het schip is voorzien van een drinkwatertank en gebruikt voor het waswater gefilterd buitenboordwater. Het afvalwater wordt op een biologische wijze gefilterd, zodat het schoon overboord kan worden gezet. Omdat het toilet aan boord geen water gebruikt kan de capaciteit van de afvalwaterzuivering aanzienlijk worden beperkt.
Constructie: Het is een stalen vrachtschip met stompe voor- en achterzijde. FB